Zowel de kinderopvang als het onderwijs organiseert 10-minutengesprekken waarin ouders en professionals hun ervaringen rondom het kind op een rustige manier kunnen uitwisselen. De ontwikkeling en het welbevinden van het kind staan in dit gesprek centraal. Uit onderzoek is gebleken dat de betrokkenheid van ouders bij de kinderopvang en het onderwijs heel belangrijk is voor de ontwikkeling van hun kinderen (http://www.nji.nl/Ouderbetrokkenheid). Voor de pedagogisch medewerker en leerkracht is het daarom van belang te weten wat jouw visie op je kind is.
Informatie over de ontwikkeling en het welbevinden van je kind wordt binnen de kinderopvang verkregen door je baby, dreumes of peuter te observeren en deze observaties te registreren in Kijk! De pedagogisch medewerkers observeren vier verschillende ontwikkelingsgebieden: spraak- en taalontwikkeling, rekenontwikkeling, sociale en emotionele ontwikkeling en als laatste de grote en kleine motoriek. Rond de verjaardag van je kind en een half jaar later word je uitgenodigd voor het 10-minutengesprek.
Gaat je kind naar het basisonderwijs, dan krijg je ook twee tot drie keer per jaar een uitnodiging voor een oudergesprek. Het eerste gesprek vindt al vroeg in het schooljaar plaats, zodat ouders en leerkrachten elkaar leren kennen en er goede afstemming mogelijk is. De andere gesprekken zijn vaak rond de rapporten van je kind. Het basisonderwijs kent diverse volgsystemen. Informatie hierover vind je op de websites van de kindcentra, maar je kunt hier ook altijd naar vragen bij de leerkracht van je kind. Zit je kind in de bovenbouw, dan kan het zijn dat hij of zij ook betrokken wordt bij de gesprekken. Kinderen van die leeftijd kunnen vaak al heel goed nadenken over wat ze zelf graag willen ontwikkelen.
Het kan zijn dat twee of drie keer per jaar een 10-minutengesprek niet voldoende voor je is. Soms heb je juist vragen na het gesprek als je weer thuis bent en nadenkt en napraat over wat er is besproken. Ga dan gerust op een ander moment weer langs bij de pedagogisch medewerker of leerkracht. Vragen mag altijd. Durf ze vooral te stellen. Geen enkele vraag is gek. Het draait tenslotte allemaal om jouw kind. Zie je zelf veranderingen bij je kind waar je misschien vraagtekens bij zet, praat ook dan met de pedagogisch medewerker en/of leerkracht. Zien zij die veranderingen ook? Zijn die veranderingen niet direct opgevallen, dan kan er extra goed gekeken worden of een keer extra geobserveerd worden. Samen sterk!
