Veel ouders straffen en belonen om controle te hebben over het gedrag van hun kind. Dat werkt, maar alleen op de korte termijn en zolang jij in de buurt bent. Wat kun je anders doen?
Intrinsieke motivatie
Het probleem met straffen en belonen is dat je je kind leert zich te gedragen zoals jij wilt. Het is effectiever als het gedrag uit hem- of haarzelf komt; je kind is dan intrinsiek gemotiveerd. Straffen en belonen hebben een negatieve invloed op de ontwikkeling van de intrinsieke motivatie. Bovendien stimuleert straffen stiekem gedrag: je kind leert dat hij of zij bepaald gedrag niet moet vertonen als jij in de buurt bent, maar als jij het niet ziet, kan het wel.
Achterliggende oorzaak
Als je je kind straf geeft als hij of zij zich vervelend gedraagt, ga je mogelijk voorbij aan de oorzaak van dit gedrag. Misschien doet je kind vervelend om je aandacht te trekken, omdat hij of zij gewoon moe is of honger heeft. Ook kan het zijn dat je kind zich verveelt, bijvoorbeeld tijdens een lange rit in de auto.
Afleiden en uitleggen
Soms is het voor een kind lastig om te stoppen met bepaald gedrag. Hij of zij vindt het bijvoorbeeld zo leuk om steeds aan de staart van de kat te trekken, dat ermee stoppen niet lukt. Leg je kind uit dat hij of zij de kat pijn doet. Haal je kind bij de kat vandaan en zorg voor afleiding met een andere activiteit. Helpt dat niet, zorg dan dat je kind en de kat echt niet meer bij elkaar in de buurt kunnen komen. Sommige kinderen snappen na drie keer al wat de bedoeling is, bij anderen duurt het wat langer.
Geef het goede voorbeeld
Niet straffen betekent niet dat je je kind alles moet laten doen wat hij of zij wil. Wees duidelijk over wat je wel en niet wilt in huis. In plaats van belonen kun je benoemen wat je ziet: ‘Wat zijn jullie fijn aan het spelen!’ of bedank je kind als hij of zij een bordje naar de keuken brengt. Wil je af en toe een compliment geven? Doe dat dan voor het proces en niet voor het resultaat: ‘Ik zie dat je goed je best hebt gedaan.’ Maar het allerbelangrijkste: kinderen leren het meest van het gedrag van anderen. Geef dus het goede voorbeeld, ‘leef voor’. Verwacht niet direct te veel. Het effect zie je niet meteen, maar op de langere termijn neemt je kind jouw goede voorbeeld over.