Helemaal voorkomen kun je het nooit: bijten hoort bij de ontwikkeling van je kind en komt veel voor bij 0- tot 4-jarigen.
Iets duidelijk maken
Bijten kan veel verklaringen hebben. Bijt je baby, dan kunnen tandjes die doorkomen de oorzaak zijn, maar je kindje kan ook gewoon de wereld aan het ontdekken zijn door het materiaal in de mond te stoppen. Meestal is bijten een manier van communiceren. Het is lastig voor je kind om kenbaar te maken wat hij of zij wil. Het kan zijn dat je kind moeite heeft met communicatieve vaardigheden, maar het is ook mogelijk dat de ander jouw kind niet begrijpt. Dit levert frustraties op, die geuit kunnen worden door te bijten. Je kind bijt niet omdat hij of zij bewust een ander pijn wil doen, maar vaak om iets duidelijk te maken. ‘Niet zo dicht bij mij komen’ bijvoorbeeld, of ‘Ik ben op zoek naar een speelkameraadje’ dan wel ‘Ik verveel me’. Ook bijt je kind weleens uit plezier ‘Ik vind jou zo leuk!’, de bijt is dan de ontlading van genegenheid. Je kind kan ook bijten vanuit angst of omdat hij of zij overprikkeld raakt.
Kortom, een kind kan bijten:
• als uiting van boosheid, angst, moeheid of liefde
• als hij of zij gevoelens niet kan uiten of zich onbegrepen voelt en dan letterlijk van zich af bijten
• omdat het uitdagend is om een reactie van een ander uit te lokken
• in een voor hem of haar onoverzichtelijke situatie
• spelenderwijs of tijdens het knuffelen
Heeft je kind een ander kind gebeten?
Blijf vooral kalm, troost en bedenk dat je kind niet zomaar bijt. Daarbij is het belangrijk dat je het kind dat gebeten wordt de meeste aandacht geeft. Een kind dat bijt en (veel) aandacht krijgt, ziet dat als een beloning, waardoor je zijn of haar gedrag juist versterkt. Hoe klein je kind ook is, het is goed om aan te geven wat bijten met het andere kind doet. Bijten geeft schrik, pijn en/of verdriet en is dus niet fijn. Vraag niet waarom je kind heeft gebeten, maar geef rustig en duidelijk aan dat bijten niet mag en waarom niet en probeer zo veel mogelijk de emoties te verwoorden. Bied als dat nodig is veiligheid of een rustigere omgeving en help de kinderen weer op weg met hun interactie en spel. Ook belangrijk: dwing geen excuses af of vraag niet een kusje te geven; dit legt veel druk op je kind en zorgt voor een onveilig gevoel.
En verder?
Vertel je kind niet alleen dat bijten niet mag, maar leer hem of haar ook welk gedrag wel gewenst is. Je kind heeft nog niet genoeg vaardigheden om zijn of haar wensen en gevoelens duidelijk te maken. Daar is jouw hulp bij nodig. Wees concreet en blijf herhalen. Wat kan je dreumes of peuter doen als hij of zij dat speeltje wil, boos is of een ander kind zo lief vindt? Leer je kind een vraag te stellen: ‘Mag ik dat autootje?’ of bij jonge kinderen: ‘Auto?’. Je kunt je kind ook helpen door te verwoorden wat je ziet: ‘Ik zie dat jij boos bent’ en dan benoemen hoe het anders kan. Daarbij kan gebarentaal helpen om een alternatief te bieden. Een gebaar is voor een kind makkelijk toe te passen als praten nog niet zo goed lukt. Gebarentaal kan al bij baby’s gebruikt worden. Bijt je kind uit liefde, leer hem of haar dan een kusje te geven. Doet je kind het goed, geef dan een compliment.
Probeer te achterhalen in welke situaties je kind bijt en wanneer het juist goed gaat. Bijt je kind bijvoorbeeld vaak bij moeheid, in vrije spelsituaties of als hij of zij contact of aandacht wil? Als je de oorzaak van het bijten kunt achterhalen, kun je je kind helpen deze op te lossen en zo het bijten voorkomen. Ter geruststelling: als kinderen leren praten, verdwijnt hun bijtgedrag vaak vanzelf.